In 2017 hoorde ik voor het eerst over Jessica van Eijs. Ze was toen net gestart als Tweede Kamerlid van D66 en vertelde in de media over haar slechthorendheid. Dat viel op. Ik was destijds voorzitter van SH-Jong. Met het bestuur gingen we op bezoek in de Tweede Kamer. In de fractiekamer van D66 spraken we met Jessica over de obstakels voor mensen met gehoorverlies. Wat mij vooral bijbleef: hoe open ze haar eigen ervaringen als slechthorende deelde. Alle reden dus om nog eens met haar in gesprek te gaan.
Foto: Marijke Krekels Fotografie
We spreken af in koffiebar Leon op station Rotterdam Centraal. Ik ben er iets eerder en zoek een rustige plek, zo ver mogelijk weg van de speakers waaruit achtergrondmuziek klinkt. We bestellen wat drinken: een koffie voor mij en een café latte voor Jessica. Zij komt net uit Den Haag, waar ze nu werkt als belangenbehartiger voor Aedes, de vereniging van woningcorporaties.
Steeds slechter horen
Daarmee is ze nu weer terug bij het vak waarmee haar loopbaan ooit begon: de wereld van de bouwkundigen. Haar eerste baan was bij een architectenbureau. Daar merkte ze dat haar gehoor slechter werd. “Ik zat vaak achter de computer om bouwkundige tekeningen te maken. Achter mijn bureau stond een stellingkast met een radio erbovenop. Die stond de hele dag aan. Soms moesten mijn collega’s lachen om grappen die gemaakt werden door de radio dj’s. Ik verstond die niet.”
De vader van Jessica was ook slechthorend, dus ze herkende de klachten. Haar vader, destijds docent aan de universiteit, had lang gewacht met hoortoestellen. Hij liet zijn studenten keer op keer hun antwoorden herhalen als hij die niet verstond. Pas toen het echt niet meer ging, nam hij een hoortoestel. Voor Jessica lag dat anders. Zij ondernam gelijk actie, ging naar het audiologisch centrum en kreeg in 2009 – op 28-jarige leeftijd – haar eerste hoortoestellen.
Ze was toen, naast haar baan bij het architectenbureau, actief in de lokale politiek als commissielid. “Ik kon de fractievergaderingen steeds slechter volgen. Ik nam ze op, om thuis de gemiste stukken terug te luisteren.” De andere fractieleden merkten dat haar gehoor achteruit ging, omdat Jessica steeds om herhaling vroeg als haar iets gevraagd werd. Jessica kaartte het aan bij haar eigen wethouder. Die regelde dat de fractie in een zaal met een microfoonsysteem kon vergaderen, waar Jessica haar koptelefoon kon inpluggen. Dat maakte het voor haar mogelijk om gelijkwaardig deel te nemen.
Slechthorend? Dat moet niet uitmaken
Jessica bleek de juiste kwaliteiten te hebben voor de politiek. Ze werd al op jonge leeftijd gemeenteraadslid en vervolgens fractievoorzitter bij D66 in Eindhoven. In 2016 was ze winnaar in de verkiezing voor Lokaal Politiek Talent van het Jaar. Ze bleef niet onopgemerkt. Dat jaar werd Jessica gebeld door Alexander Pechtold, toenmalig partijleider van D66. Ze stuurde een sms naar hem: ik kan niet bellen.
Pechtold stond erop dat ze toch zouden telefoneren. Ze zocht een rustige plek en belde hem terug. Hij sprak langzaam en duidelijk, en vroeg haar voor om zich kandidaat te stellen voor de Tweede Kamerverkiezingen van 2017. “Mijn eerste reactie was: ‘Dat kan niet. Ik ben slechthorend.’ Alexander Pechtold zei toen gelijk: dat zou niet moeten uitmaken. Die stelligheid vond ik zo sterk. Niet dat hij precies wist wat er bij kwam kijken, maar hij zag er geen probleem in. Dat gaf mij vertrouwen en ik waagde de stap.”
De juiste hulpmiddelen
D66 haalde in 2017 negentien zetels met het verkiezingsprogramma ‘Samen sterker – kansen voor iedereen’. Jessica stond op plek dertien en werd met 19.594 voorkeursstemmen Tweede Kamerlid. Met haar start als Tweede Kamerlid, startte ook haar zoektocht naar de juiste hulpmiddelen om daar haar werk te doen.
In de plenaire zaal lag al een ringleidingsysteem, waarmee slechthorenden het geluid direct in hun hoortoestel kunnen verstaan. Maar precies in de rij waar Jessica zat, was een dip in het systeem, waardoor zij het geluid niet kon opvangen. Daardoor moest ze een rij naar achteren. “Ook achter het spreekgestoelte in de Tweede Kamer was geen ringleiding. Via specialisten vanuit Phonak kreeg ik een FM-zender waarmee ik toch het geluid in mijn hoortoestel kon ontvangen.”
Voor de vergaderingen in de fractiekamer had ze tafelmicrofoons. Niet één set, maar wel drie sets. Die had ze nodig, aan de lange vergadertafel bij D66. Voor individueel overleg op afstand, bijvoorbeeld met politiek assistenten, sprak ze vaak via Facetime. Met journalisten had Jessica de afspraak dat ze haar whatsappberichten stuurden, in plaats van te bellen. “Dat had als voordeel dat ik kon nadenken over mijn antwoord en het kon overleggen met onze woordvoerder”, zegt ze lachend. “Maar tegelijkertijd stond wat ik terugstuurde ook gelijk zwart-op-wit. Dus ik moest er wel goed over nadenken.”
Voorbeeld voor anderen
Dat Jessica een voorbeeld voor andere slechthorenden zou worden, had ze nooit gedacht. In de campagnetijd werd ze tijdens het flyeren aangesproken door een vrouw die zei: ‘Ik ga op nummer dertien van D66 stemmen, want die heeft hoortoestellen, net als ik.’ Jessica: “Het was wel grappig dat ze niet door had dat ik die nummer dertien was.”
“Maar ik realiseerde me toen wel dat het voor anderen bijzonder was”, zegt Jessica. “Ik kreeg later ook een brief van een moeder met twee slechthorende zonen, die tegen hen had gezegd: ‘Kijk, dat kan jij ook!’ Zelf heb ik dat ook met Otwin van Dijk, burgemeester van Oude IJsselstreek. Hij zit in een rolstoel en is voor mij een inspirerend voorbeeld van een politicus, die toevallig ook een beperking heeft.”
Het werk als Kamerlid is intensief. Dat Jessica het volhield, had mede te maken met haar manier van werken. Ze hield ervan om de dossiers door te spitten en met vernieuwende ideeën te komen. “Als ik iets wil weten, dan ga ik op internet zoeken en rapporten lezen. Andere mensen gaan wellicht iemand bellen. Dit werkt voor mij en op deze manier had ik genoeg energie voor mijn Kamerwerk.” Het debatteren en zichzelf profileren in de media, vond ze minder leuk. Daarom besloot ze in 2021, na één termijn, te stoppen als Kamerlid.
Videobellen is nu gelukkig heel normaal
Een nieuwe baan was snel gevonden, als belangenbehartiger bij de vereniging van woningcorporaties. Jessica: “Eigenlijk was ik vorig jaar nog niet echt op zoek naar een nieuwe baan, maar dit profiel paste perfect bij mij. Ik heb de gevraagde politieke ervaring en een achtergrond als bouwkundige. Ik had een kennismakingsgesprek waarbij ik wel gelijk heb aangeven: ik kan het werk alleen doen als ik veel vanuit huis kan werken – ik woon in Eindhoven – en telefonisch bellen is voor mij geen optie door mijn slechthorendheid.”
“Ik vind bellen frustrerend. Ik heb het geprobeerd met een streamer, maar dat werkt voor mij niet. In een eerdere baan kwam mijn onvermogen om te bellen vaak terug tijdens functioneringsgesprekken, hoe vaak ik ook aangaf dat ik dat door mijn gehoor echt niet kon. Heel vervelend. Gelukkig kunnen we nu videobellen, dat vind ik veel fijner. Ik deed het al voor corona, toen vonden gesprekspartners het soms lastig. Nu is het gelukkig heel normaal!”
Als je een carrière hebt opgebouwd, is het eenvoudiger om eisen te stellen, zoals het niet hoeven bellen. Jessica: “Als ik advies mag geven aan slechthorenden: wees ambitieus, want als je op een hogere functie zit is het makkelijk om dingen gedaan te krijgen.”
In deze interviewserie vertellen slechthorenden over hun loopbaan. Vond je dit interview interessant? Abonneer je op de wekelijkse nieuwsbrief Succesvol slechthorend.